Bert Bossyns werkt aan de laatste details voor hij vandaag om 12 uur aan de start van de Trophée Marie Agnes Péron verschijnt. Deze wedstrijd zeilt hij solo op de Netwerk, de BEL 821, in een vloot van 55 serieboten.
“Het venijn zit deze keer niet in de staart van de wedstrijd, wel in de periode vlak na de start.” Vertelt Bert. En nog veel meer ook, vlak voor hij in het water duikt om de bootbodem schoon te sponzen.
Douarnenez ligt vol met Transat 6.50 boten. De jaarlijkse MAP, zoals ze dit hier afgekort noemen, is een van de hoogtepunten van de klasse. 74 deelnemers in totaal. En niet van de minsten. “Intensief, zwaar, maar ronduit geniaal”, zo vinden alle deelnemers die na gemiddeld 48 uur terug aan wal komen.
“Nee, veel slapen zit er niet in.” Grinnikt Bert Bossyns. “Ik heb me zo voorbereid dat ik hoogstens voor een zeil naar binnen moet. Verder is alles buiten geregeld, inclusief in plastic geprinte stroom- en getijdengegevens.“
Dit is een race van totale uithouding. En omdat de weersvoorspellingen weinig wind beloven, zal dat de concentratie uitermate opeisen. “Als de Netwerk onder spinnaker hard meeloopt met de invallende wind, kan je al eens een tukje doen. Maar bij lichte wind draait die heel veel, dus moet je voortdurend de zeilstand aanpassen en snel van zeil kunnen wisselen. Schakelen, noemen wij dat.”