Windstoten boven 30 knopen (7 Bft) en een steile deining zetten hun stempel het Open Belgisch Kampioenschap SB20. Dan was er ook nog de invloed van de COVID 19 maatregelen, waardoor dat het vooruitzicht van meer dan 30 deelnemende boten en teams uiteindelijk terugviel naar 11.
Bart Tytgat, Marc Braet en Kristof Wouters (Go with the flow – BEL 3762) hadden de opgave door mastbreuk vorig jaar goed te maken. Dat deden ze met brio. En met niet te evenaren voor-de-windse snelheden.
Onder de zeilers geen kleine namen. Neem de Brit Geoff Carvett (UK), meervoudig SB20 kampioen en vergelijkbare klassen die voor de gelegenheid de 7 Seas stuurde met Noëmie Wouters, Katrien Vandaele en Frank Dobbels als bemanning. Jeroen van der Velden (3 J’s – NED 3042) moet je ook niet leren hoe een SB20 draait. Hij bracht regatta veteraan / zeilmaker Nic Bol mee.
Aan de andere kant van dit firmament de jeugdteams. De SB20 wrikt zich een positie als tussen de J80, J70, Melges 24 en dergelijke trailerbare meermanskielboten. Die vormen de schakel tussen het zwaardboten- en kajuitjachten circuit. Zowel team Bouscholte als Heiner kozen voor de SB20 als opstap naar het ruige oceaanzeilen. Alleen de twee SB20’s van Holland Ocean Racing (Bouster GER 3584 en BouBellou – NED 3311) waren erbij. En dan is er nog de North Sea One (BEL 3502) waar de aanstormende talenten van de Royal North Sea Yacht Club loos konden gaan.
Klimmen en dalen
Er werden drie manches gevaren, één op vrijdag en twee op zaterdag.
“Het was allemaal op de limiet van wat de boot aankan,” zegt winnaar Bart Tytgat die met zijn Go with the Flow en crew Marc Braet en Kristof Wouters gekomen was om te winnen. “Op vrijdag vonden we de juiste acceleratie niet in de vlagen die tot dertig knopen opliepen. Aan de wind kregen we de druk niet uit het voorzeil, voor de wind kregen we ook de juiste snelheid niet, dus zijn we maar derde geworden.”
Op zaterdag werden de golven steiler door het wind tegen stroom effect en ging de windsnelheid gestaag omhoog tot aan dertig knopen.
Tytgat: “Toen hadden we de trim beter: we haalden hoogte en anticipeerden op de ietwat langere golven, en voor de wind ging de giek helemaal naar buiten en de neerhouder los. De Go With The Flow liep van de achtervolgers tegen een moordvaart weg.” Twee keer één en hij is niet ongelukkig dat de derde manche die dag er niet is gekomen.
Tytgat is heel enthousiast over de organisatie en vooral het fenomeen dat er tegen de limiet kon worden gevaren. Een ontwrichte schouder, een knieblessure, gedelamineerde zeilen, losgekomen zaling en roerpennen en een gebroken spiboom zijn maar enkele gevallen. Men is zelfs hals over kop naar de dealer gereden in Friesland om wisselstukken, dat zegt iets over de gretigheid om te racen.
Overeind blijven
De Jeroen Van der Velden scoorde 1/3/7 en werd tweede. Zijn 3 J’s werd genoemd als kandidaat winnaar. Maar na de derde manche zat Jeroen met een dikke, rode knie op de steiger. Knock out? Vander velden: “In de laatste zaterdagmanche zijn we een paar keer flink uit het roer gelopen. Ik ben gevallen en heb mijn knie gestoten. Dat viel pas op toen we terug binnen waren, het was schrikken hoe sterk die gezwollen was. Maar dat is niet de verklaring voor die zevende plaats. Blessures zijn een ingecalculeerd risico bij racen. Het is de eerste keer dit seizoen dat we weer raceten. Alles ging een beetje stroef.“
Meteen in zware condities? “Nou, het was op het randje. We hebben ons gefocust om de boot overeind te houden en geen brokken te maken. Normaal zeilen we boord aan boord, nu bleven we allemaal ver van elkaar. Maar de competitie was er wel en dat is ondermeer te danken aan de sterke wedstrijdorganisatie: de juiste banen die gecorrigeerd werden bij wind- en stroomshifts. Ze stonden ook open voor suggesties van ons, dat is heel fijn. Zo zijn we zaterdag vroeger gestart dat voorzien. Top.”
Oostends A-team
Matthieu van Schoote, Stan en Miel Verstraete en Sebastien Devos (BEL 3502 – Ostend One) haalden uiteindelijk de derde plaats. Het jonge talent zette met 4/4/4 een sterke constante prestatie neer. Coach Philippe Willems heeft het over het A-team van de Royal North Sea Yacht Club.
Zowel de zeilers als Cédric De Bleye, de klasseverantwoordelijke binnen de RNSYC, loven de wedstrijdorganisatie. “We hebben alweer getoond dat het kan, “ zegt De Bleye, “hoewel de condities alles behalve eenvoudig waren. We misten ook de Engelsen die hadden beloofd om met een hele vloot te komen, plus enkele sterke Nederlanders. Ze waren allemaal oorspronkelijk ingeschreven. Jammer, maar dat is nu eenmaal zo.”
Voor de SB20 zijn er dit seizoen nog twee Ostend Cup wedstrijden in Oostende, het Open Nederlands Kampioenschap en daarna de Van Uden Reco, alle twee in Medemblik.