Team SCA stond 2 jaar geleden voor een bijzonder moeilijke opgave: in 18 maanden tijd de achterstand op de mannen goedmaken. Aan inzet en faciliteiten geen gebrek, aan offshore zeilervaring wel. Dat het leerproces en de progressie enorm zijn, laten de resultaten nog onvoldoende zien. Soms tot frustratie van de doorgewinterde topzeilsters, maar het vertrouwen in de missie blijft onverminderd groot.
Nu dat de wereldomzeiling een feit is, begint voorzichtig het terugblikken. Dat doen we met de 41 jarige Carolijn Brouwer uit Scheveningen, die na 4 vakantiedagen met zoon Kyle vandaag aan de achtste etappe richting Lorient begint.
“Ik heb nog steeds het gevoel dat als straks op 28 juni dit hele verhaal ten einde is, ik klaar ben voor de Volvo Ocean Race”, reageert Brouwer vanuit Lissabon. “Misschien had ik persoonlijk te hoge verwachtingen. Ik had stiekem gehoopt dat onze 18 maanden voorbereiding het gebrek aan ervaring dat wij vrouwen in het offshore zeilen hebben meer zou compenseren dan dat het werkelijk heeft gedaan. De tijd hadden we sterk aan onze kant. We hebben specialisten in huis om het ervaringsgat te dichten. We hebben eigenlijk alles goed gedaan. Het is een project van eerste klasse geweest. Ik kijk niet terug in de zin van ‘hadden we maar zus of zo gedaan’. We hebben gedaan wat we konden doen.”
Details
Waar zit dan het verlies in? Dat veranderde volgens Brouwer tijdens de race.
“Als je bijvoorbeeld naar de etappestart of havenrace in Kaapstad kijkt en die van Newport, is dat een wereld van verschil in hoe we de boot varen. Dat valt iedereen op. In het begin maakten we basisfouten, zoals toen we in de tweede etappe de exclusion zone binnen zeilden en daarmee 150 tot 200 zeemijl verloren. Dat is gewoon een grove navigatiefout. Maar ook dingen als zeilwissels en bepaalde manoeuvres, die veel te lang duurden. Op de Zuidelijke Oceaan gingen we in de Chinese gijp, wat we niet eerder hadden meegemaakt. We gingen in die etappe een tweede keer in de Chinese gijp en dat losten we al veel sneller op. Al doende leer je.”
“In de eerste etappe lagen we 200 zeemijl achter en in de zevende maar 7 mijl. Inmiddels praten wij in de nabesprekingen over de kleine details. Daar verliezen wij het op. We kunnen het een week lang volhouden en dan verandert het weer of de zeeslag. Het schakelen doen we te langzaam of niet goed genoeg. Dat zijn kleinigheden waarmee we in het begin helemaal niet bezig waren. We zijn dus al ver gekomen. Net als bij het olympische zeilen zit je op 95% van je kunnen en dan moet je die laatste 5% eruit halen. Dat is waar wij nu staan.”
Fysiek
Brouwer is het roerend eens met haar ploeggenoot Dee Caffari, die in een interview zei dat het voor de performance fysiek niet uit hoeft te maken of je met mannen, vrouwen of gemengd zeilt. De fysieke verschillen zijn niet maatgevend. Al helpt het volgens Brouwer wel dat ze met 3 extra vrouwen mogen varen:
“Dat heeft zijn voor- en nadelen. Je kunt iemand meer rust geven. Gerd-Jan Poortman heeft wel eens gezegd: ‘Wat is beter: een vermoeide Gerd-Jan Poortman of een gezonde, frisse Carolijn Brouwer tegen het einde van de race?’ Wat zij met 8 mannen voor elkaar moeten krijgen, is ongelofelijk. Wij hebben daar 12 mensen voor. Wij tillen met z’n vijven een zeil op, zij met z’n drieën. Maar die mannen moeten wel wakker worden gemaakt, want ze hebben maar 3 man aan dek en eentje daarvan stuurt. Wij hoeven niemand in z’n slaap te storen. Bij de wissel van de wacht, staan we echter op het deinzen van de golven met 3 vrouwen ons aan te kleden. Je loopt elkaar altijd in de weg. Bij alle hens aan dek liggen er 5 te slapen, die zich allemaal tegelijk in zeilkleding moeten hijsen. Dan wordt het daar beneden een kippenhok. Maar als wij deze boot met z’n achten zouden moeten varen, zou je ons kunnen opvegen.”
“Ik hoop dat SCA voor een tweede editie gaat. Ik weet niet of ik zelf van de partij zal zijn. Ik hoop het wel, maar ik moet het in mijn leven kunnen inpassen. Ik denk dat het zeker voor de Volvo Ocean Race geldt dat je niet bij je eerste deelname kunt pieken. Het niveau ligt enorm hoog. Nu kunnen wij zeggen dat we een keer dat rondje hebben gedaan. Dat scheelt zoveel. Bij de havenwedstrijden hebben we laten zien dat we niet onder doen voor de mannen. Nu is het zaak om dat 20 dagen lang vol te houden. Dat heeft dus met dat schakelen te maken. Het zit er nog niet helemaal in, maar het begint te komen.”
“Ondanks het zesje achter onze naam, denk ik dat we aan de wereld hebben laten zien wat wij kunnen en hoeveel progressie wij hebben gemaakt. Hopelijk opent dit voor de meiden in de toekomst meer deuren. Misschien niet in de Volvo Ocean Race, maar er gebeurt wereldwijd nog zoveel meer op het gebied van offshore zeilen. Ik denk dat er voor de meiden uit deze campagne meer mogelijkheden zullen zijn, dankzij wat wij in deze race hebben neergezet. Het zal moeilijk blijven, want deze tak van sport wordt door mannen gedomineerd. Er is tijd nodig om dat te doorbreken.”
Ons vermoeden wordt bevestigd:
ClubRacer schreef er al eerder over. Met gemengde reacties natuurlijk. Wat iedereen dacht maar niemand durfde te schrijven:
www.clubracer.be/2015/5/12/doet-gebrek-aan-fysiek-en-ervaring-sca-vrouwen-das-om-volvo-ocean-race
www.clubracer.be/2012/11/11/vrouwen-vrouwenteams-en-zeilen
En naderhand ook op Sailing Anarchy:
Tekst en interview: Diana Bogaards / Volvo Ocean Race