De onlangs gezeilde Emirates Dubai Sail Grand Prix was niet alleen een sportieve mijlpaal, maar wilde ook een platform zijn voor SailGP’s betrokkenheid bij klimaatacties, met aandacht voor duurzaamheid en schone energieoplossingen. SailGP’s enthousiaste betrokkenheid bij klimaatactie en duurzaamheid lijkt in werkelijkheid wel haaks te staan op de praktische realiteit van de zeilsport op dit wereldniveau.
Men zou kunnen stellen dat, net als bij andere sporten, de logistieke uitstoot een onvermijdelijk deel van de organisatie is, en dat dit niet uniek is voor de zeilsport. Dit argument suggereert dat als we kritisch zijn op zeilen, we dat ook moeten zijn op alle sporten. Echter, er is een cruciaal verschil bij regatta’s zoals SailGP, America’s Cup, The Ocean Race, 52 Super Series, Olympische zeilwedstrijden en andere mondiale zeilevenementen die zich expliciet richten op duurzaamheid en klimaatactie.
Voor een sport die zichzelf positioneert als voorloper op het gebied van milieubewustzijn, vormt elke vorm van ‘greenwashing’ – het presenteren van een milieuvriendelijk imago terwijl men aanzienlijke ecologische impact heeft – een significante tegenstrijdigheid. Het is essentieel dat dergelijke sporten niet alleen een duurzaam imago uitdragen, maar ook daadwerkelijk substantiële stappen zetten om hun milieu-impact te verkleinen.
Groene intenties, grijze uitvoering: de ecologische dilemma’s van SailGP
De duurzaamheidsinspanningen van SailGP, zoals weergegeven op hun website, lijken te wijzen op een oprechte inspanning om hun milieu-impact te verminderen. Hun inzet voor klimaatpositiviteit, investeringen in blauwe koolstofprojecten, de overgang naar schone energieoplossingen en elektrische ondersteuningsboten, het gebruik van hernieuwbare energie voor de basissen, en het recyclen van koolstofvezel duiden op serieuze pogingen om hun ecologische voetafdruk te verminderen.
De realiteit blijft dat de deelnemende teams, inclusief ondersteunend personeel, containers en de indrukwekkende boten, voor deze wereldwijde zeilevenementen nog steeds massaal afhankelijk zijn van luchtvervoer en het gebruik van fossiel-brandstof-slurpende cargoschepen om de wereld rond te reizen. Deze praktijk staat haaks op de uitgedragen principes van duurzaamheid en milieubewustzijn.
Goede bedoelingen zijn lovenswaardig maar klopt de balans van hun boodschap met de impact die ze zelf veroorzaakt?
Het transporteren van teams en uitrusting over de hele wereld via vliegtuigen en cargoschepen met fossiele brandstoffen, contrasteert sterk met de duurzaamheidsdoelstellingen die ze propageren. Dit roept de vraag op of de symbolische waarde van hun duurzaamheidsinitiatieven opweegt tegen de concrete ecologische voetafdruk die ze achterlaten.
Het is essentieel dat deze organisaties niet alleen de boodschap van duurzaamheid uitdragen, maar ook concrete en effectieve stappen ondernemen om hun eigen milieueffect substantieel te verminderen.
Ironisch genoeg kunnen deze organisaties, die zich inzetten voor een toekomst aangedreven door de natuur, zichzelf nog steeds niet losmaken van de ketenen van de fossiele brandstofafhankelijkheid.
SailGP’s inspanningen en uitdagingen op het gebied van duurzaamheid
Ondanks SailGP’s aankondiging van ambitieuze duurzaamheidsdoelstellingen, zoals het streven om al hun evenementen tegen 2025 volledig met schone energie te laten draaien, blijft de praktische uitvoering een complexe uitdaging. De organisatie erkent dat ongeveer 26% van hun directe (Scope 1) uitstoot afkomstig is van hun operaties op locatie, waaronder de technische basis, media center, fan village, en gastervaringen.
De haalbaarheid van deze doelstellingen varieert sterk, afhankelijk van de beschikbaarheid van technologie en brandstof, en de lokale energiemix. Dit benadrukt de moeilijkheid van het navigeren in een wereld die nog steeds grotendeels afhankelijk is van fossiele brandstoffen.
Bovendien richt SailGP zich op het verminderen van de koolstofvoetafdruk van hun vloot op het water, die een scala aan boten omvat gebruikt voor coaching, veiligheid, slepen, racebeheer, en meer. Hoewel de F50-raceboten zelf volledig door de natuur worden aangedreven, vertegenwoordigt de rest van de vloot een aanzienlijke uitdaging in de overgang naar schone energie. De doelstelling om deze vloot tegen 2025 volledig te laten draaien op schone energie toont aan dat er stappen worden ondernomen, maar werpt ook vragen op over de haalbaarheid en snelheid van deze transitie.
Logistieke noodzaak overschaduwen duurzaamheidsinspanningen
Desondanks staat deze focus op lokale duurzaamheid in schril contrast met een andere, misschien nog wel grotere uitdaging: het wereldwijd transporteren van de F50-boten en het invliegen van teams en bemanningen voor internationale evenementen.
Het transporteren van deze high-tech zeilboten, samen met alle benodigde uitrusting in containers, vereist het gebruik van grote, fossiel-brandstof-slurpende cargoschepen, terwijl teams en hun ondersteunend personeel vaak afhankelijk zijn van vliegtuigreizen – een van de meest vervuilende vormen van transport.
Deze logistieke noodzaak werpt een schaduw over SailGP’s inspanningen op het gebied van duurzaamheid. Het illustreert de ironische paradox waarbij een organisatie die zich inzet voor duurzaamheid en de strijd tegen klimaatverandering, tegelijkertijd aanzienlijk bijdraagt aan de uitstoot van broeikasgassen door haar globale operaties. Dit roept de vraag op of de huidige inspanningen genoeg zijn, of dat er meer radicale maatregelen nodig zijn om de impact van dergelijke wereldwijde sportevenementen werkelijk te verminderen.
De verborgen CO2 uitstoot van minstens 1.188 ton per seizoen
Terwijl SailGP zich inzet voor duurzaamheid op lokale evenementenlocaties, werpt de geschatte CO2-uitstoot voor het transporteren van hun F50-boten en teams een hard licht op de ecologische impact van de sport.
De berekeningen wijzen op een schrikbarend hoge uitstoot: alleen al voor het transport van de boten en bemanningen hebben we geschat dat ongeveer 1.188.416 kilogram CO2 wordt uitgestoten tijdens een enkel seizoen en dat als we het transport van de F50 boten en bemanningen lineair berekenen.
Zo hebben we de CO2 uitstoot geschat
Eerst moeten we de totale afstand berekenen die de boten en bemanningen afleggen tijdens seizoen 4 van de SailGP in 2023-24 berekenen. We gaan ervan uit dat de reis van de ene naar de andere locatie lineair is, hoewel in de praktijk logistieke en geografische factoren kunnen leiden tot langere reisroutes. We zullen ook aannemen dat de reis begint in Chicago en eindigt in San Francisco. Onderstaande berekening is dus veel rooskleuriger dan in de praktijk want in de praktijk zullen de bemanning tussen de verschillende events ook naar huis reizen of deelnemen aan andere zeilevenementen wereldwijd.
De SailGP locaties zijn:
- Chicago, VS
- Los Angeles, VS
- Saint Tropez, Frankrijk
- Taranto, Italië
- Cadiz, Spanje
- Dubai, VAE
- Abu Dhabi, VAE
- Sydney, Australië
- Nieuw-Zeeland (exacte stad niet gespecificeerd)
- Bermuda
- Halifax, Canada
- New York, VS
- San Francisco, VS
Laten we de afstanden berekenen
Voor de nauwkeurigheid van de berekeningen gebruiken we de grote-cirkelafstand, die de kortste afstand over het aardoppervlak vertegenwoordigt (rekening houdend met de kromming van de aarde).
De geschatte totale afstand die de boten en bemanningen zouden afleggen tijdens seizoen 4 van de SailGP in 2023-24, reizend tussen de opgegeven locaties, is ongeveer 57.106 kilometer.
Deze berekening biedt een schatting van de afstanden in vogelvlucht en niet de daadwerkelijk afgelegde afstanden. In werkelijkheid zullen de afstanden groter zijn vanwege logistieke, geografische en navigatiefactoren. Bovendien is in onze schatting niet meegenomen dat bemanningen en ondersteunend personeel vaak terug naar huis reizen tussen twee Grand Prix-evenementen. Dit element draagt verder bij aan de totale reisafstand en de bijbehorende CO2-uitstoot, wat de werkelijke milieu-impact van deze evenementen nog groter maakt dan onze initiële schattingen suggereren.
Om de CO2-uitstoot te kunnen berekenen voor het vervoer van de F50-boten per schip en de bemanning per vliegtuig hebben we de specifieke gegevens van het type van cargoschepen en vliegtuigen nodig maar die hebben we niet. Zonder specifieke informatie over deze factoren, kunnen we enkel een zeer algemene schatting maken op basis van standaard emissiefactoren. Volgens de International Maritime Organization (IMO) varieert de gemiddelde CO2-uitstoot voor cargoschepen tussen 10-40 gram per ton-mijl, afhankelijk van het type en de efficiëntie van het schip. Voor vliegreizen, volgens de International Civil Aviation Organization (ICAO), varieert de gemiddelde CO2-uitstoot ongeveer tussen 90 en 115 gram per passagier per kilometer voor economieklasse.
Laten we een gemiddelde waarde nemen voor elke categorie en de totale geschatte CO2-uitstoot berekenen, ervan uitgaande dat de boten 57.106 kilometer afleggen en een standaard aantal bemanningsleden wordt vervoerd per vliegtuig over dezelfde afstand. We zullen ook aannemen dat de boten een totaalgewicht hebben dat overeenkomt met een standaard cargolading.
CO2 uitstoot gebaseerd op de geschatte berekeningen:
- De totale CO2-uitstoot voor het vervoer van de F50-boten per cargoschip over de geschatte afstand van 57.106 kilometer (omgerekend naar mijlen) is ongeveer 17.742 kilogram.
- De totale CO2-uitstoot voor het vliegvervoer van de bemanningen, uitgaande van 20 bemanningsleden per team en 10 teams, over dezelfde afstand, is ongeveer 1.170.674 kilogram.
De ironie is spijtig genoeg onmiskenbaar
Deze cijfers onthullen een ongemakkelijke waarheid: de pogingen om duurzaamheid te bereiken in de mondiale zeilsport worden overschaduwd door de enorme koolstofvoetafdruk van hun logistieke operaties. De ironie is onmiskenbaar – een sport die de kracht van de natuur benut, draagt tegelijkertijd bij aan de wereldwijde klimaatcrisis door een aanzienlijke hoeveelheid broeikasgassen uit te stoten wanneer ze het hele circus de wereld laten rondreizen.
Wil je reageren op dit bericht dan kan dit heel makkelijk via onze Facebook pagina of contacteer ons via e-mail.